donderdag 23 september 2010

Kamperfoelie

A. kwam kijken in ons nieuwe huis. Ze liep met haar jas nog aan mijn zelfgemaakte tafel en boekenkast straal voorbij.
"Eens kijken, wat hebben we hier," zei ze, en ze liep de tuin in. Hier had ik nog niks aan gedaan, behalve wat bouwafval neergooien en mijn verfkwast uitschudden. Toch begon A. mij ongevraagd allerlei kritiek te geven. Nou ja, ze bedoelde het misschien als advies, maar het klonk als kritiek.
"Deze kamperfoelie is die hele appelboom aan het opeten. Hij wurgt hem gewoon, zie je wel? Daar moet je wat aan doen." Het klonk als: waarom heb je daar nog niks aan gedaan?
"Hmm," zei ik, en ik hoopte dat het leek alsof ik echt van plan was er iets aan te gaan doen, maar ik denk dat ze mij wel door had. Daarom bood ze aan om er de komende herfst zelf maar wat aan te komen doen.
A. kent mij goed. Wat mij betreft eet die kamperfoelie de hele tuin op.
"Waarom vermoorden kamperfoelies andere planten?" vroeg ik.
Ze haalde haar schouders op. "Kijk, dat is een roos."
Ik heb niet veel verstand van planten, maar dat dat een roos was, dat wist ik nog wel.
"Die kamperfoelie begint ook al aan die roos - daar moet je om denken, hoor."
Ik vond kamperfoelies gemeen en ik begon me af te vragen waarom mensen een kamperfoelie in een tuincentrum kopen en in hun tuin planten. Ik vroeg dat ook aan A. Ze zei dat die in de zomer heel lekker ruiken - of dat ze heel mooi bloeien, dat ben ik vergeten. Ze was alweer verder gegaan met haar rondje door de tuin. Ze wees bijna alle bomen en planten aan. "Dat is een hazelaar..."
Er waren voor haar al drie mensen geweest die zo'n rondje door onze tuin hadden gemaakt, dus dat van die hazelaar wist ik inmiddels wel, maar dat zei ik maar niet.
Eenmaal binnen wist ze me nog te vertellen dat ik mijn boekenkast van MDF had gemaakt.

Geen opmerkingen: